Het verhaal van Suzan

29 maart 2021

Met een diepe frons en een zacht gegrom open ik mijn ogen. Ergens in mijn bed klinkt gepiep. Het is half vijf in de ochtend en het is weer zo’n nacht: de afgelopen uren ben ik om de haverklap wakker gepiept, doordat mijn bloedglucosewaarde niet zakt. “Niet zo zeuren, je hebt tenminste een glucosesensor”, hoor ik mezelf zachtjes in het luchtledige fluisteren. Ik dien mezelf wat extra insuline toe en laat me weer achterover op mijn kussen vallen. Niet zo zeuren.

Krap twee uur later word ik weer wakker, maar deze keer is het mijn wekker. Mijn hoofd bonst nog na van de rommelige nacht als ik mijn bed uitstap. Ik ben kapot, maar ja: de dag staat voor de deur. Dus ik kleed me aan, neem een kop koffie en maak me klaar om te werken. De drie woorden die zich in mijn hoofd nestelden deze nacht dreunen nog een beetje na in mijn hoofd als ik niet veel later achter mijn laptop kruip. Niet zo zeuren.

Nu ik wakker ben, klinken de woorden ineens een stuk minder waar. Hoezo, niet zo zeuren? Waarom mag ik niet even balen als ik een slechte nacht heb en mijn lichaam dorstig en gespannen voelt door de hoge bloedglucosewaardes. Dit is wat type 1 diabetes is. Af en toe mág je zeuren. En daarna weer met je kop omhoog, recht in de zon, gewoon aan het werk. Dat werk dat ik deels ook te danken heb aan die diabetes. Elk nadeel heeft zijn voordeel zullen we maar zeggen. Type 1 diabetes is voor mij meer dan een gebroken nacht.

2021-09-27T20:32:13+02:00
Ga naar de bovenkant